27-11-2022 LEMMER – Met een eenmalige vrijwillige regeling voor ondernemers die piekbelaster zijn, wil het kabinet op korte termijn een forse reductie van de stikstofneerslag realiseren. Hiermee kan natuur herstellen, kunnen PAS-melders gelegaliseerd worden en komt er ruimte voor nieuwe economische ontwikkelingen. Dat schrijft minister Van der Wal voor Natuur en Stikstof in een brief aan de Tweede Kamer.
Door een brede groep piekbelasters te vragen keuzes te maken tussen fors verduurzamen, verplaatsen, of vrijwillig stoppen wil het kabinet de stikstofimpasse doorbreken. Ook de industrie maakt onderdeel uit van de aanpak piekbelasters. Daarnaast moet vergunningverlening op basis van de natuurbeschermingswet minder onzeker worden.
Agrarische en industriële bedrijven in de buurt van Natura 2000-gebieden moeten op korte termijn de stikstofuitstoot grotendeels of geheel reduceren. Met zoveel mogelijk van de ondernemers die zich kwalificeren als piekbelaster, een of meerdere gesprekken gevoerd worden over hoe de stikstofuitstoot fors wordt gereduceerd. Dit kan via innoveren, vergaand omschakelen, verplaatsing of vrijwillig stoppen.
Het kabinet kiest ervoor om boeren in de buurt van beschermde natuurgebieden de mogelijkheid te geven om te stoppen via een eenmalige en tijdelijke regeling. Het kabinet werkt deze LBV plus-regeling momenteel verder uit en streeft ernaar om de regeling vanaf april 2023 open te stellen. Uiterlijk in januari worden criteria gepubliceerd op rijksoverheid.nl en aanpakstikstof.nl zodat duidelijk is wie in aanmerking komt voor deze regeling. Ook zal dan informatie gegeven worden over het verdere proces.
Uitgangspunt van de gehele aanpak blijft vrijwilligheid. In het najaar van 2023 zal het kabinet toetsen aan de hand van resultaten van de aanpak of er voldoende zicht is op het halen van de doelen. Zo niet, dan zal met pijn in het hart overgegaan moeten worden tot de inzet van verplichtend instrumentarium voor een selecte groep piekbelasters.
Ook voor piekbelasters in de industrie geldt dat het versneld terugdringen van stikstofdepositie en verduurzaming noodzakelijk is. Deze aanpak wordt apart vormgegeven om goed aan te sluiten op het bestaand beleid en de kenmerken van de sector. Met de circa 50 grootste piekbelasters uit de industrie wordt ingezet op het aanscherpen van vergunningen en versnelde verduurzaming. Ook hiervoor moeten de afspraken in 2023 gemaakt zijn en leiden tot een flinke stikstofreductie. Binnenkort maakt het kabinet de voorlopige stikstofreductiedoelen voor andere sectoren bekend.
Het legaliseren van PAS-melders heeft prioriteit voor het kabinet. Daarvoor stelt het kabinet 250 miljoen euro beschikbaar voor provincies om maatwerk toe te passen. Provincies kunnen daartoe direct maatregelen nemen. Ook wil de minister samen met provincies, al lerend van elkaar, kijken welke mogelijkheden er zitten in de regelgeving om PAS-melders te legaliseren. Als afzien van handhaving niet mogelijk is, komt het kabinet met een schadeloket om de geleden schade te vergoeden.
Om op lange termijn meer stikstofruimte te creëren, gaat het kabinet de huidige bronmaatregelen versterken en versnellen. Het kabinet stelt 400 miljoen euro extra beschikbaar voor het programma Schoon en Emissieloos bouwen. Ook wordt er 200 miljoen euro beschikbaar gesteld voor een aantal specifieke stikstofmaatregelen op het gebied van industrie, bouw en mobiliteit. De ruimte die ontstaat door landelijke bronmaatregelen, wordt zorgvuldig geregistreerd in het stikstofregistratiesysteem. Het kabinet zet in op sterke regie over de verdeling van de ontstane stikstofruimte.